top of page

Ontwikkeling Wolvenplein deel 3

Jacqueline

10 mei 2022

We kunnen participeren in een UPP2 proces, lees verder met een uitleg vanuit de gemeente

Bij een UPP1 is er soms sprake van een omgevingsvisie specifiek voor een deelgebied, dat is vaak het geval bij de grotere ontwikkelingen in de stad, zoals bijvoorbeeld bij de Merwerdekanaalzone en Utrecht Sciencepark. In geval van Wolvenplein valt de ontwikkeling binnen de omgevingsvisie Binnenstad: Visie op de binnenstad in 2040 | Gemeente Utrecht - Omgevingsvisie Deze omgevingsvisie is recent door de raad vastgesteld.

De producten: stedenbouwkundig programma van eisen (SPvE) en een bouwenvelop (BE) dienen hetzelfde doel, namelijk:

  • Geeft antwoord op onderzoeksvragen uit intentiedocument

  • Basis voor het bestemmingsplan/ omgevingsplan

  • Eisen bouwplan (ontwikkelaar) + openbare ruimte (gemeente)

  • Toetsingskader voor bouwplan

  • Basis voor anterieure overeenkomst

  • Communicatiemiddel bestuur, initiatiefnemer en burger

De documenten hebben ook een vergelijkbare inhoudsopgave. Zie als voorbeeld de bouwenvelop van het Museumhotel: Museumhotel en uitbreiding nijntje museum | Gemeente Utrecht

Ook qua inspraak vanuit de buurt is er geen verschil tussen beide processen die voor de documenten worden doorlopen. In beide gevallen dient er door de ontwikkelaar, samen met ons, een participatieplan gemaakt te worden. Dit participatieplan is altijd project specifiek, en niet afhankelijk van het gekozen UPP-traject. Voor het opstellen van een participatieplan wordt de participatieleidraad van gemeente Utrecht gebruikt: Participatiebeleid | Gemeente Utrecht Dit plan wordt momenteel opgesteld voor de herontwikkeling van Wolvenplein.

Het verschil tussen beide documenten is het besluitvormingsproces, het vaststellen van een SPvE is een bevoegdheid van de raad en het vaststellen van een BE is een bevoegdheid van het college. Door bij dit project te kiezen voor een bouwenvelop, is het besluitvormingstraject korter. Dit is één van de argumenten geweest voor het college om voor dit proces te kiezen. Dit staat dus los van het participatieproces, deze blijft hetzelfde. Zodra het participatieproces is doorlopen en de concept bouwenvelop gereed is wordt deze vrijgegeven voor reacties uit de stad. De raad wordt hierover op dat moment ook geïnformeerd, hier is ook de mogelijkheid voor de raad om vragen te stellen. Na de reactieperiode wordt de definitieve bouwenvelop met een reactienota ter vaststelling aangeboden aan het college.

bottom of page